Skip to content


Diep triest dat mensen sterven vanwege water

Toen een pienter, achtjarig meisje voorgoed uit zijn klas verdween omdat ze water moest halen voor het gezin, was Rajat Bhardwaj geschokt. Pas jaren later zag hij mogelijkheden om de situatie voor ‘s werelds armsten te verbeteren.

In uw proefschrift bedankt u mensen omdat ze zo’n steun waren bij de veldproeven. Waren die zo zwaar?

“Er waren verschillende uitdagingen. Om te beginnen het transport. We deden een test met de opvang van regenwater. Daarvoor hadden we apparatuur verscheept naar Mumbai waar het door de douane moest. Meestal kost dat vijf dagen en daar had ik ook op gerekend met een reis van vijftien dagen. Maar onze zending kwam er niet door. Toen heb ik meer dan vijftien mensen moeten bellen om bij de juiste man uit te komen. Hij vertelde me hoe we de apparatuur konden invoeren. Dat lukte twee dagen voor mijn vertrek. In de nacht voor mijn vertrek hebben we opgebouwd en in de ochtend viel er regen. Voor zo’n proef ben je aangewezen op het weer, op de natuur, op mensen en op instanties. Het was spannend of dat allemaal zou lukken. Uiteindelijk is dat gelukt en konden mensen er gebruik van maken.”

Download Interview Bhardwaj als .pdf

Hielp het nog dat u gewend bent aan de Indiase bureaucratie?

“Dat was een van de redenen dat we er toch vaak nog een succes van konden maken. Voor anderen was dat lastiger. Veel mensen spreken Engels in India, maar je moet de juiste persoon aanspreken. Als die net zo gemotiveerd zijn en ze beschikken over de juiste connecties, dan is dat de sleutel. Die personen vind je alleen door te bellen, te netwerken en door druk op de ketel te houden.
In Bangladesh hadden we nog een andere uitdaging. Daar deden we een test, maar er was een avondklok ingesteld. Er waren spanningen tussen geloofsgroepen. Ze waarschuwden ons weg te gaan omdat ons leven in gevaar zou komen. Dat was wel serieus. We hebben nog overwogen om de proef uit te stellen, maar we moesten vluchten. Soms moet je een stap terug doen.”

Hoe reageerden de mensen op de proeven?

“Ik herinner me een groep families in Khulna. Ze woonden wat afgelegen van de rest van het dorp bij een waterpomp. We testten het water op arsenicum en maten een concentratie van 100 ppb, dat is twee keer meer dan het maximum in Bangladesh en tien keer hoger dan de Wereldgezondheidsorganisatie WHO adviseert. We monteerden onze filters en één van de bewoners zei: ‘Dit is voor het eerst dat ik doorlopend drinkwater heb.’ Die ervaring geeft me nog steeds kippenvel als ik er aan terugdenk.”

Kunnen mensen het proeven als drinkwater arsenicum bevat?

“Nee, maar het komt meestal voor in samenhang met ijzer, en dat proef je wel. Ook is het water vaak zilt.”

Wisten mensen dat hun drinkwater besmet was met arsenicum?

“Ze hadden er wel over gehoord, maar ze hadden de bron niet getest. Wij hebben veel tests gedaan zodat mensen zelf konden zien wat er aan de hand was. Er treedt kleurverandering op van de proefstripjes. Ze zijn zich vaak wel bewust van het probleem. Ze horen over de besmetting en soms kunnen ze ook proeven dat er stoffen in het water zitten. Maar arsenicum is alleen met een chemische test aan te tonen.”

Waren er ook gezondheidsklachten?

“Absoluut. In het zuiden van Bangladesh kregen mensen huidziekten door arsenicumvergiftiging, vooral kinderen. Dat is vreselijk om te zien. Het viel ons op dat huidziekten niet overal optraden, maar op geïsoleerde locaties. Mensen zijn zich bewust van het probleem en ze zijn vaak wanhopig op zoek naar een oplossing.”

En dan komen jullie met een pomp en filters om het probleem op te lossen?

“Ja, mensen dankten ons omdat ze voor het eerst van hun leven een continue bron van drinkwater hadden.”

Kunnen die mensen dat wel betalen?

“Dat is waar we vastlopen. We willen die filters op een duurzame manier leveren zodat een familie de filter niet alleen kan aanschaffen, maar ook de filters kan vervangen als ze uitgewerkt zijn. Dat vraagt nog extra werk en ook ondersteuning. We moeten bewijzen dat de filters langer dan een paar maanden werken. En er moet een recycleprogramma komen om uitgewerkte filters te vervangen. Daar hebben we een model voor ontwikkeld, maar we zijn nog op zoek naar fondsen om dat in praktijk te brengen. Dat zouden we graag uitproberen om tot een goed betrouwbaar product te komen. We willen geen half werk leveren, zoals zo vaak gebeurt.”

Hebben de mensen een alternatief?

“Neen. Er bestaat zuivering met omgekeerde osmose, maar daar heb je stroom voor nodig – die is er niet. Dan blijft filtratie of destillatie over. Dat hebben we alle twee ontwikkeld. Met filtratie kun je specifieke ionen tegenhouden, maar met destillatie haal je alle ionen eruit. Voor vervuild zoet water is een filter goed bruikbaar omdat het ook bacteriën tegenhoudt. Zo’n filter leveren we al.”

U schrijft dat verzorging van schoon drinkwater voor kinderen de motivatie was voor het promotieonderzoek. Wat bracht u daartoe?

“Ik heb kinderen van school zien gaan vanwege drinkwater. Ik gaf les in een sloppenwijk in Bandra, terwijl ik in Mumbai zelf scheikunde studeerde. Daar had ik een heel pienter meisje in de klas die Mina heette. Ze was een jaar of acht. Op gegeven moment miste ik haar een paar dagen en ik begin me zorgen te maken. Ik vroeg wat er met haar gebeurd was. Toen kreeg ik te horen dat ze niet meer naar school kon komen omdat ze water moest halen. Water werd met tankwagens aangevoerd in de slumps. Zij moest daar naartoe om in de rij te gaan staan om water te krijgen. Maar dat zijn chaotische toestanden. Mensen klimmen op de tanks om er als eerste bij te zijn. Soms raken mensen beklemd onder de wielen en worden overreden. Of er breken gevechten uit. Mensen sterven echt vanwege water. Ik vond dat diep triest. En ook oneerlijk. Toen ík acht jaar was hoefde ik me geen zorgen te maken over water. Ik kon spelen en studeren en een begin maken met mijn leven. Dat zij dat niet kon, dat schokte me. Op dat moment wist ik niet wat ik ermee aan moest. Dat kwam pas toen ik voor mijn master in Delft terechtkwam en zag wat er allemaal voor mogelijkheden zijn. Koeling van melk, filtratie van drinkwater – ik zag mogelijkheden om er iets mee te doen om mensen te helpen. In India bestaat die technologie ook, maar vond ik geen platform om het toe te passen. Ik werkte als chemisch ingenieur in Mumbai aan pijpen voor de olie- en gasindustrie. Maar dat stond helemaal los van de problemen die ik om me heen zag. Ik werd daar erg ongelukkig van.”

Wat bracht u op het idee om naar Delft te gaan voor een masterstudie?

“Oh, dat is een heel verhaal. Ik solliciteerde naar een plek in Amerika, want ik was niet gelukkig in mijn baan. En terwijl ik op de uitslag zat te wachten zei de rector van mijn universiteit: waarom ga je niet naar Europa? Nou nee, dacht ik, daar heb ik een taalprobleem. Probeer Delft, zei hij toen, daar zijn al meer van deze opleiding naartoe gegaan. Ik belde toen met Indiase promovendi in Delft en die waren laaiend enthousiast. Uiteindelijk kreeg ik toelating voor Delft en ook voor Amerikaanse universiteiten. Wat de doorslag gaf was dat als ik naar Delft belde, ik altijd werd geholpen. En in Amerika, net op het hoogtepunt van de crisis, hield men de boot een beetje af. Bovendien was de VS een stuk duurder. Toen wist ik nog niet wat Delft betekende op watergebied.”

Kreeg u een beurs?

“Nee, dat niet. Maar ik kon wel studentassistentschappen doen. Ik kon als onderzoeker werken naast mijn studie. Hoe leuk is dat? Afgewezen worden voor de beurs was achteraf gezien een vermomde zegening. Eén van de assistentschappen leverde een publicatie op, en de andere was een KNAW project bij het reactorinstituut. De twee jaren masterstudie waren als een droom voor me. Al mijn wensen kwamen uit. Ik kon zelfs yogalessen geven. Dat deed ik in India al, maar nu ook bij Sport&Cultuur en op verschillende faculteiten. Yoga is echt een deel van me. Ik vind er rust in, en om er les in te kunnen geven maakte mijn leven hier compleet. Niet alleen academisch, maar ook persoonlijk en spiritueel.”

Zie u zichzelf als idealist?

“Ja. En mijn vrouw zegt het ook, haha. Het zal wel vanuit mijn opvoeding komen. Ik kreeg mogelijkheden om me te ontwikkelen. En het werken met mensen geeft me energie. Ik werk graag met goede mensen samen om het leven voor anderen te verbeteren. Dat is mijn drijfveer. Waar dat vandaan komt weet ik niet precies. Misschien komt het uit de cultuur waar ik vandaan kom. In India ben je altijd tussen de mensen, en je leert dat je moet zorgen voor de mensen om je heen. Het is natuurlijk dat je voor je vrienden zorgt, maar in India heb je heel veel vrienden. Misschien speelt yoga ook een rol. Dat doe ik al heel lang en ik geef er ook al heel lang les in. Een deel daarvan is dat je mensen wilt verbeteren door ze te vertellen wat ze moeten veranderen. En misschien pas ik dat op mezelf ook toe. Ik zag laatst mijn cijferlijst. Voor al de vakken waar ik met mensen werkte had ik een 8,5 gemiddeld. Als er geen anderen bij waren had ik een 7,7 gemiddeld. Toen begreep ik: ik moet met mensen blijven werken. De keuze voor Delft, de vakken die ik deed, het werk bij Dr. Ten – het komt steeds weer neer op de klik met mensen.”

PROFIEL:
Dr.ir. Rajat Bhardwaj (New Delhi, 1986) is een man met een missie. Hij wil de armste 750 miljoen mensen middelen bieden om zelf veilig drinkwater te maken. Dat doet hij vanuit het bedrijf Dr. Ten, opgezet door dr.ir. Marnix ten Kortenaar. Bhardwaj promoveerde op 12 februari 2016 op het proefschrift Decentralized Water Purification Using Solar Thermal Energy bij prof.dr. Rob Mudde (faculteit TNW). Daarvoor haalde hij zijn master chemical engineering aan de TU Delft (2010) en zijn bachelor aan de universiteit van Mumbai (2007).

Posted in Artikelen, Delta.

Tagged with , , , .