Skip to content


Experimenteren met evolutie


Delft Integraal, Juli 2010

“Stel je voor dat je oog in oog komt te staan met een verre voorouder. In een gevecht om wie de sterkste is.” Aan het woord is evolutionair bioloog dr. Bertus Beaumont. Hij bedrijft experimentele evolutie met bacteriën.

Klik op afbeelding voor .pdf

“Met bacteriën kun je dat doen. Ik bewaar een suspensie met bacteriën in een vriezer en laat de rest door evolueren. Soms wel acht generaties op een dag. Na een paar honderd generaties kan ik de bacteriën vergelijken met hun verre voorouders.” Bertus Beaumont (36) promoveerde in 2004 als moleculair bioloog aan de Vrije Universiteit van Amsterdam. Hij werkte als postdoc aan de universiteit van Auckland en met een NWO Veni-beurs onder professor Brakefield aan de Universiteit Leiden.
“Wat we weten van evolutie, weten we door vergelijkend onderzoek”, stelt Beaumont. Vergelijkingen tussen fossielen onderling, tussen fossielen en huidige levensvormen en tussen huidige soorten onderling. Zo is de hele evolutietheorie tot stand gekomen op basis van vergelijkende observaties. Maar de wetenschap doet ook graag experimenten om hypothesen te testen. En dat is met de huidige techniek mogelijk, hoewel de noodzakelijke opeenvolging van generaties nog steeds noopt tot geduld en toewijding. In het langstlopende experiment van Beaumont ging het om vijfhonderd generaties. In menselijke termen zou dat vijftienduizend jaar zijn, middenin de laatste IJstijd.
“Het gaat mij er niet om te laten zien dat bacteriën zich aanpassen aan veranderende omstandigheden”, zegt Beaumont. “Dat is geen nieuws. Maar hoe precies kan zo’n complexe machinerie als een bacterie zich aanpassen door toevallige veranderingen in het dna? Dát is de vraag.” Het dna van de bacterie in het onderzoek heeft zes miljoen genetische letters. Bij iedere deling wordt het dna gekopieerd waarbij er een kans van één op tienduizend is op een verschrijving. De meeste mutaties (een verandering in het dna) blijven zonder gevolgen, legt Beaumont uit. Sommige zorgen ervoor dat een bacterie minder snel groeit, zodat die mutatie op den duur uitsterft. En heel soms groeit een bacterie toevallig sneller waardoor op den duur de hele populatie die eigenschap zal hebben. “Dan ben je één stapje geëvolueerd”, vat Beaumont samen. In Delft zal hij aan de slag gaan met onderzoek naar de evolutie van zweepstaartjes (‘flagella’). Een flagellum is een soort moleculaire buitenboordmotor waarmee bepaalde bacteriesoorten zijn uitgerust. Door gerichte mutaties te bestuderen die alleen betrekking hebben op de zweepstaart hoopt Beaumont meer inzicht te krijgen in de evolutie van dergelijke biologische nanomachines. Daarnaast wil hij met die kennis zelf gerichte veranderingen aanbrengen. De evolutie ontwerpt blind, een wetenschapper weet graag wat hij doet.

Delft Integraal 2010.3

Posted in Artikelen, Delft Integraal.

Tagged with .


0 Responses

Stay in touch with the conversation, subscribe to the RSS feed for comments on this post.

You must be logged in to post a comment.